01 · Stam | ||
Naam | Instructie | Media |
01 · De stam van het werkwoord - alle werkwoorden | Geef de stam van deze werkwoorden. | |
02 · De stam van het werkwoord - alle werkwoorden | Zoek de indringer! Welke vorm hoort niet in het rijtje thuis? | |
03 · De stam van het werkwoord - Engelse werkwoorden | Plaats alle werkwoorden uit de lijst in de kolom van werkwoorden die op dezelfde manier hun stam vormen. | |
04 · Stam en infinitief - alle werkwoorden | Lees de stam en geef de bijbehorende infinitief. | |
05 · Stam en infinitief - alle werkwoorden | Lees de stam en geef de bijbehorende infinitief. |
02 · Persoonsvorm in O.T.T. | ||
Naam | Instructie | Media |
01 · O.T.T. - vervoeging alle werkwoorden | Vervoeg het werkwoord tussen haakjes. | |
02 · O.T.T. - vervoeging alle werkwoorden | Vervoeg het werkwoord tussen haakjes. | |
03 · O.T.T. - stam op -d - met/zonder inversie | Vervoeg het werkwoord telkens in de O.T.T. | |
04 · O.T.T. - stam op -d - met/zonder inversie | Kies de correcte vorm van het werkwoord. | |
05 · O.T.T. - d, t of dt? | Vul de werkwoorden in de O.T.T. aan met d, t of dt. | |
06 · O.T.T. - d, t of dt? | Vul de werkwoorden in de O.T.T. aan met d, t of dt. | |
07 · O.T.T. - d, t of dt? | Vul de werkwoorden in de O.T.T. aan met d, t of dt. | |
08 · O.T.T. - vervoeging in tekst | Vervoeg de werkwoorden in de O.T.T. zodat ze passen in de tekst. | |
09 · O.T.T. - d, t of dt? | Luister naar de zinnen en duid bij elke zin aan welke vorm je hoort. | |
10 · O.T.T. - d/t/dt en ei/ij | Luister en vul het ontbrekende werkwoord correct in. | |
11 · O.T.T. - d/t/dt en ei/ij | Luister en vul het ontbrekende werkwoord correct in. | |
12 · O.T.T. - Engelse werkwoorden | Lees de Engelse infinitief. Geef daarna de Nederlandse infinitief van dat werkwoord en vervoeg het in de gevraagde personen. | |
13 · O.T.T. - Engelse werkwoorden | Vervoeg het werkwoord tussen haakjes. | |
14 · O.T.T. - Engelse werkwoorden | Vervoeg het werkwoord tussen haakjes. | |
15 · O.T.T. - Engelse werkwoorden | Vul de tabel aan met de juiste vorm van het Engelse werkwoord. | |
16 · O.T.T. - alle werkwoorden | Luister naar de zinnen en vul de werkwoorden correct in. | |
17 · O.T.T. - alle werkwoorden | Luister naar de zinnen en vul de werkwoorden correct in. |
03 · Imperatief / gebiedende wijs | ||
Naam | Instructie | Media |
01 · Imperatief | Zet het werkwoord in de gebiedende wijs. Tip: let op het gebruik van hoofdletters aan het begin van de zin. | |
02 · Imperatief of O.T.T.? | Onderstaande zinnen zijn gebiedende of aansporende zinnen. Bepaal in welke zinnen het werkwoord in de imperatief staat, en in welke zinnen in de O.T.T. | |
03 · Van imperatief naar O.T.T. | Zet de zinnen in de imperatief om naar gebiedende zinnen met een O.T.T. Werk steeds met inversie (start de zin dus telkens met het werkwoord). Het onderwerp van de zin in O.T.T. staat telkens tussen haakjes. | |
04 · Van O.T.T. naar imperatief | Zet de gebiedende zinnen met O.T.T. om naar een echte imperatiefvorm. Vergeet niet om (waar nodig) het juiste wederkerende voornaamwoord te gebruiken. | |
05 · Imperatief of O.T.T.? | Vul de passende vorm van het werkwoord in. Het gaat telkens om gebiedende zinnen, maar soms moet je een imperatief invullen, en soms een O.T.T. Tip: let op het gebruik van hoofdletters aan het begin van de zin. |
04 · Persoonsvorm in O.V.T. | ||
Naam | Instructie | Media |
01 · O.V.T. - zwakke werkwoorden | Vervoeg het werkwoord tussen haakjes in de O.V.T. | |
02 · O.V.T. - zwakke werkwoorden | Vul de werkwoorden in de O.V.T. aan met de ontbrekende letters: d, dd, t of tt. | |
03 · O.V.T. - zwakke werkwoorden | Luister naar de zinnen en vul de ontbrekende werkwoorden in. Let op: het gaat telkens om zinnen in de O.V.T.! | |
04 · O.V.T. - zwakke werkwoorden | Luister naar de zinnen en vul de ontbrekende werkwoorden in. Let op: het gaat telkens om zinnen in de O.V.T.! | |
05 · O.V.T. - sterke werkwoorden | Vul in de rechterkolom de O.V.T. in van het werkwoord uit de linkerkolom. | |
06 · O.V.T. - Engelse werkwoorden | Vul de zinnen aan met de O.V.T. van de Engelse werkwoorden. | |
07 · O.V.T. - Engelse werkwoorden | Kies de juiste eindletters om de O.V.T. van deze Engelse werkwoorden te vormen. | |
08 · O.V.T. - alle werkwoorden | Luister en vervolledig de zinnen met de ontbrekende werkwoorden in de O.V.T. | |
09 · O.V.T. - Een fijne vakantie (1) | Vervoeg de werkwoorden in de O.V.T. zodat ze passen in de tekst. | |
10 · O.V.T. - Een fijne vakantie (2) | Vervoeg de werkwoorden in de O.V.T. zodat ze passen in de tekst. | |
11 · O.V.T. - alle werkwoorden | Vul in de rechterkolom de O.V.T. in van het werkwoord uit de linkerkolom. | |
12 · O.V.T. - alle werkwoorden | Vervoeg het werkwoord tussen haakjes in de O.V.T. | |
13 · O.V.T. - Toen ik klein was | Vervoeg de werkwoorden in de O.V.T. zodat ze passen in de tekst. |
05 · Persoonsvorm O.T.T. >< O.V.T. | ||
Naam | Instructie | Media |
01 · O.T.T. - O.V.T. 1 | Vul de O.T.T. en de O.V.T. in van de gegeven werkwoorden. | |
02 · O.T.T. - O.V.T. 2 | Lees elke zin eerst volledig. Vul daarna de passende tijd in (O.T.T. of O.V.T.) van het werkwoord tussen haakjes. | |
03 · O.T.T. - O.V.T. 3 | Schrijf zinnen met de gegeven woorden/zinsdelen. Zet het werkwoord in de passende tijd: O.T.T. of O.V.T. Let ook op de woordvolgorde. | |
04 · O.T.T. - O.V.T. 4 | Lees de zin. Vul de eerste werkwoordsvorm aan met d, t of dt (O.T.T.), en vul daarna hetzelfde werkwoord in de O.V.T. in. |
06 · Voltooid deelwoord | ||
Naam | Instructie | Media |
01 · Voltooid deelwoord - zwakke werkwoorden | Vervolledig de voltooide deelwoorden met d of t. | |
02 · Voltooid deelwoord - zwakke werkwoorden | Luister en vervolledig elke zin met het ontbrekende voltooid deelwoord. | |
03 · Voltooid deelwoord - sterke werkwoorden | Vul de zinnen aan met het voltooid deelwoord van het werkwoord tussen haakjes. | |
04 · Voltooid deelwoord - Engelse werkwoorden | Vul in de rechterkolom het passende voltooid deelwoord in. | |
05 · Voltooid deelwoord - Engelse werkwoorden | Kies de juiste eindletter: d of t. | |
06 · Voltooid deelwoord - alle werkwoorden | Vervolledig elk voltooid deelwoord met de juiste eindletter: d of t. | |
07 · Voltooid deelwoord - alle werkwoorden | Vul in de rechterkolom het passende voltooid deelwoord in. | |
08 · Voltooid deelwoord - alle werkwoorden | Vul de zinnen aan met het voltooid deelwoord van het werkwoord tussen haakjes. | |
09 · Voltooid deelwoord - alle werkwoorden | Luister en vul de ontbrekende voltooide deelwoorden in. | |
10 · Voltooid deelwoord - klinkerbotsing | Vul het voltooid deelwoord in van het werkwoord tussen haakjes. Let op met klinkerbotsing! | |
11 · Voltooid deelwoord als adjectief | Vul het voltooid deelwoord als adjectief in van het werkwoord tussen haakjes. Let op de verbuiging! | |
12 · Voltooid deelwoord als adjectief | Kies het passende werkwoord uit de lijst en vul het voltooid deelwoord als adjectief in. Let op de verbuiging! | |
13 · Voltooid deelwoord - mix | Vul de voltooide deelwoorden aan met de ontbrekende letter(s). |
07 · Actief/passief en voltooid deelwoord | ||
Naam | Instructie | Media |
01 · Passief - O.T.T. en voltooid deelwoord | Lees de eerste zin, en vul dan de tweede zin telkens aan met de passende vormen in O.T.T. (passief). Let op de spelling van alle vormen! | |
02 · Actief / passief | Vul de werkwoordsvorm aan met de juiste letter(s) zodat hij past in de zin. Geef daarna aan of het om een actieve of een passieve zin gaat. | |
03 · Actief / passief | Vul de juiste vorm van het werkwoord in. Bij elk werkwoord hoort telkens een actieve en een passieve zin. Let op: gebruik zoveel mogelijk de tegenwoordige tijd. | |
04 · Actief / passief | Vul de actieve zin aan in de O.T.T. Vul daarna de ontbrekende werkwoordsvorm aan in de passieve zin. Let op, lees de zinnen goed, soms gaat het om scheidbare werkwoorden... | |
05 · Actief / passief | Vul de actieve en passieve zinnen aan met de juiste vormen van de gegeven werkwoorden. Deel 1: O.T.T. - deel 2: O.V.T. |
08 · O.T.T. >< Voltooid deelwoord | ||
Naam | Instructie | Media |
01 · O.T.T. - V.D. 1 | Kies het passende werkwoord uit de lijst. Let op het verschil tussen de vormen met -d en met -t! Niet alle vormen uit de lijst komen aan bod in de oefening. | |
02 · O.T.T. - V.D. 2 | Kies het passende werkwoord uit de lijst. Let op het verschil tussen de vormen met -d en met -t! Niet alle vormen uit de lijst komen aan bod. | |
03 · O.T.T. - V.D. 3 | Zet het werkwoord in de passende vorm: O.T.T. of voltooid deelwoord. | |
04 · O.T.T. - V.D. 4 | Luister en vul het ontbrekende werkwoord in: O.T.T. of voltooid deelwoord. | |
05 · O.T.T. - V.D. 5 | Lees de zin en kies de juiste vorm. | |
06 · O.T.T. - V.D. 6 | Luister en vul het ontbrekende werkwoord in: O.T.T. of voltooid deelwoord. | |
07 · O.T.T. - V.D. 7 | Lees elke zin aandachtig en combineer met de passende werkwoordsvorm. |
09 · O.V.T. >< Voltooid deelwoord | ||
Naam | Instructie | Media |
01 · O.V.T. / V.D. als adjectief | Kies de ontbrekende letters van de werkwoorden in O.V.T. / de voltooide deelwoorden gebruikt als adjectief. | |
02 · O.V.T. / V.D. / V.D. als adjectief | Vul de zinnen aan met het gegeven werkwoord in de passende vorm: O.V.T. / voltooid deelwoord / voltooid deelwoord als adjectief. | |
03 · O.V.T. / V.D. als adjectief | Luister naar de zin en vul de O.V.T. of het V.D. correct in. | |
04 · O.V.T. / V.D. als adjectief | Luister naar de zin en duid aan welke van beide vormen je hoort. | |
05 · O.V.T. / V.D. / V.D. als adjectief | Vul telkens in de drie zinnen de passende vorm van het werkwoord in: O.V.T., V.D. of V.D. als adjectief. |
10 · Persoonsvorm >< Infinitief | ||
Naam | Instructie | Media |
01 · Persoonsvorm / infinitief 1 | Luister naar de zin en duid aan welke vorm je hoort. Let wel: het gaat telkens om zinnen in de verleden tijd. | |
02 · Persoonsvorm / infinitief 2 | Luister en vul het ontbrekende werkwoord in: infinitief of O.V.T. | |
03 · Persoonsvorm / infinitief 3 | Lees de zin en kies het ontbrekende werkwoord in: infinitief of O.V.T. | |
04 · Persoonsvorm O.T.T. / O.V.T. of infinitief | Lees de zinnen en kies: is de vetgedrukte vorm een persoonsvorm in O.T.T. of O.V.T. of een infinitief? |
11 · Onvoltooid deelwoord | ||
Naam | Instructie | Media |
01 · Onvoltooid deelwoord | Kies het passende werkwoord uit de lijst en vul het onvoltooid deelwoord in. | |
02 · Onvoltooid deelwoord | Vervang het vetgedrukte woord door het overeenkomstige tegenwoordig deelwoord in de tweede zin. | |
03 · Onvoltooid deelwoord (bijvoeglijk) | In de eerste zin staat telkens een voltooid deelwoord. Vervang dat door het passende onvoltooid deelwoord dat bijvoeglijk wordt gebruikt in de tweede zin. Let op de verbuiging! | |
04 · Onvoltooid deelwoord (gemengd) | Vervang het vetgedrukte woord door het overeenkomstige tegenwoordig deelwoord in de tweede zin, al dan niet bijvoeglijk. |
12 · Alle tijden en werkwoordsvormen | ||
Naam | Instructie | Media |
01 · O.T.T. / O.V.T. / V.D. / Infinitief | Lees de zinnen en kies: is de vetgedrukte vorm een persoonsvorm in O.T.T. of O.V.T., een voltooid deelwoord of een infinitief? | |
02 · O.T.T. / O.V.T. / V.D. / Infinitief | Lees de zinnen en kies: is de vetgedrukte vorm een persoonsvorm in O.T.T. of O.V.T., een voltooid deelwoord of een infinitief? | |
03 · Alle werkwoordsvormen 1 | Luister en vul de ontbrekende werkwoorden in. | |
04 · Alle werkwoordsvormen 2 | Luister en vul de ontbrekende werkwoorden in. | |
05 · Alle werkwoordsvormen 3 | Vul in: d - dd - dt - t of tt. | |
06 · Alle werkwoordsvormen 4 - krantenkoppen | Vul deze titels van krantenartikels aan met de ontbrekende letters: d - de - dd - dde - dt - t - te - tt of tte. | |
07 · Alle werkwoordsvormen 5 - krantenkoppen | Vul deze titels van krantenartikels aan met de ontbrekende letters: d - de - dd - dde - dt - t - te - tt of tte. Let op: O.T.T. gaat voor O.V.T. in deze oefening! | |
08 · Alle tijden - vervoeging in tekst 1 | Vervoeg de werkwoorden tussen haakjes. Soms staat de gewenste tijd tussen haakjes, soms is de tijd uit de context af te leiden. | |
09 · Alle tijden - vervoeging in tekst 2 | Vervoeg de werkwoorden tussen haakjes. Soms staat de gewenste tijd tussen haakjes, soms is de tijd uit de context af te leiden. | |
10 · Alle tijden - vervoeging in tekst 3 | Vervolledig de werkwoordsvormen door de juiste eindletters te kiezen. | |
11 · Alle tijden - vervoeging in tekst 4 | Vervoeg de werkwoorden tussen haakjes. In deze tekst gaat O.V.T. voor O.T.T. Als er een andere tijd vereist is, kun je die uit de context afleiden. Goed lezen dus! | |
12 · Alle tijden - vervoeging in tekst 5 | Vervoeg de werkwoorden tussen haakjes. Soms staat de gewenste tijd tussen haakjes, soms is de tijd uit de context af te leiden. | |
13 · Alle tijden - vervoeging in tekst 6 | Vervoeg de werkwoorden tussen haakjes. Soms staat de gewenste tijd tussen haakjes, soms is de tijd uit de context af te leiden. | |
14 · Alle werkwoordsvormen 6 | Luister en vul het ontbrekende werkwoord in. | |
15 · Alle werkwoordsvormen 7 | Luister en vul de ontbrekende werkwoorden in. | |
16 · Alle werkwoordsvormen 8 | Luister en vul de ontbrekende werkwoorden in. | |
17 · Alle werkwoordsvormen 9 | Luister en vul de ontbrekende vormen in. | |
18 · Alle werkwoordsvormen 10 | Luister en vul de ontbrekende vormen in. |
In de kolom Media wordt aangegeven welke multimedia-bestanden aan de oefening gelinkt zijn:
= geluid,
= beeld,
= video,
= informatie- en/of grammaticapagina.